bioLOGIETCCL


1

Het ordenen van organismen begint eerst met het ordenen in een van de 4 rijken: schimmel, bacterie, plant of dier. Hierbij kijkt men naar de bouw van de cel. Maak onderstaande twee oefeningen:

2

Het rijk van de planten verdeelt men in 3 afdelingen:

  1. Algen (wieren)
  2. Sporenplanten (paardenstaarten, mossen of varens)
  3. Zaadplanten
    1. Naaktzadigen
    2. Bedektzadigen

Maak onderstaande oefening over het plantenrijk:

Meer uitleg over het plantenrijk? Klik hier

3

Het rijk van de dieren kan men verdelen in 8 afdelingen. Dit doet men op basis van twee belangrijke criteria:

  1. De symmetrie
  2. Soort skelet

Maak onderstaande twee oefeningen over deze criteria:

Meer uitleg over de indeling van het dierenrijk? Klik hier.

4

Kun jij elk organisme bij de juiste afdeling plaatsen? Let op: wormen zijn hier gesplitst in ringwormen (o.a. regenworm), platwormen (o.a. lintworm) en de rondwormen (o.a. spoelworm).

5

De afdeling van de gewervelden kan men weer verdelen in 5 groepen (klassen): reptiel, amfibie, vis, vogel of zoogdier.

Meer info over de indeling van de gewervelden vind je hier.

Kun jij elk dier juist plaatsen?

6

Klaar voor de toets? Kom maar op met onderstaande oefeningen: